Historie Oude Kijk in Jatstraat te Groningen

Oorspronkelijk werd de straat ook Rechte Jat genoemd, de huidige Kromme Elleboog was toen bekend als de Kromme Jat. De Oude Kijk in 't Jatstraat draagt sinds 1739 de huidige straatnaam, die is afgeleid van de gevelsteenIck kick nog int in perceel 73. De steen is in 1625 overgebracht uit een toen af te breken huis dat de straat bij de stadsmuur afsloot (de straat kende ter plaatse geen stadspoort). Op de bewaard gebleven gevelsteen ontbreekt het woord 'jatt' (verwant aan Duitse Gasse). Bedoeld wordt: 'Ik kijk nog in de straat'.

Aan de Oude Kijk in 't Jatstraat bevinden zich meerdere gasthuizen. Een gasthuis was in de middeleeuwen een instelling waar zieken en ouderen verpleegd en verzorgd konden worden)
- nummer 4: is het Mepschen- of St. Annengasthuis (gesticht in 1479) nog steeds aanwezig.
- nummer 6: het Hinckaartshuis (1300), is het oudst nog particulier bewoonde woonhuis in Groningen.
- nummer 26 is de Voorgevel van 'De Harmonie' (sociëteit en onder meer concertzaal) te zien, gebouwd in 1856 en 
   in 1973 afgebroken onder fel protest van de burgerij.  Op het voorplein is een buste van Aletta Henriëtte Jacobs
   (1854 - 1929) te zien, eerste vrouwelijke student in Nederland (een kunstwerk van Theresia van der Pant, 
   1987). Op het plein achter het voorgebouw bevindt zich sinds 1999 een kunstwerk van Marte Röling (een Roling
   stone) in de vorm van een wimpel. De moeilijk leesbare tekst 'Non scolae sed vitae' bedoelt studenten duidelijk
   te maken dat zij niet leren voor de universiteit maar voor het leven. Het kunstwerk is geplaatst ter
   gelegenheid van het 385-jarig bestaan van de RUG in 1999.
   Het Armenconvent bevindt zich ten noorden van het Harmoniegebouw (1342 - 1647). 
- nummer 53 is het Ubbenagasthuis (1521 - 1923) te vinden
- nummer 61 de Maria Elisabeth Linhoffstichting (1958)